Je ergens thuis voelen begint bij je veilig voelen. Brusselaars moeten kunnen rekenen op de politie. En de politie ook op de Brusselaars.

Ik liep een dag mee met de politiezone Zuid (Sint-Gillis, Anderlecht, Vorst) tijdens een zomerstage.

Jaarlijks organiseert VOKA (het Vlaams netwerk van Ondernemingen) die stage. Een politicus draait een dag mee op de werkvloer van een bedrijf. 

Mijn gastvrouw: commissaris Kathleen Calie. Het was een blij weerzien. Kathleen was er ook op mijn event de flik en ik.

Vijf dingen die ik heb geleerd.

Van wijkinspecteur Kurt leerde ik: gezag komt niet door je te gedragen als een Robocop.

1.000 oproepen per dag

De dienst Dispatching van zone Zuid is ondergebracht bij safe.brussels. Via het noodnummer 101 komen er dagelijks 1.000 oproepen binnen voor de interventieteams van zone Zuid. 

Maar de interventieteams gaan niet alleen op pad na een oproep.

Met twee voetbalclubs in eerste divisie, concertzaal Vorst Nationaal en Zuidmarkt op het grondgebied is er veel werk. Al die locaties trekken veel volk aan. Regelmatig moeten er politieagenten worden ingezet. 

Bovendien is er nog de gevangenis van Vorst. Ook wanneer de cipiers van de gevangenis staken, vangen de agenten van de politiezone het gebrek aan personeel op.

Manschappen tekort

De vacatures in zone Zuid raken moeilijk ingevuld. Een agent heeft geen gemakkelijke job en moet uit het juiste hout zijn gesneden: een goede conditie is nodig, maar ook een evenwichtig karakter en sterke cognitieve vaardigheden.

Volgens de geldende KUL-norm zou de zone 24 wijkinspecteurs moeten tellen. Het zijn er maar 12.

En dan moet je weten dat dat aantal 24 nog een onderschatting is. Want de geldende KUL-norm dateert uit 1999. De lokale politiecapaciteit vandaag wordt berekend op basis van bevolkingscijfers uit 1999.

Nochtans is de bevolking in Brussel sterk toegenomen. Het aantal agenten is niet mee gegroeid.

Lokale antennes

Commissaris Kathleen Calie vertelde me ook over de plannen van zone Zuid. 

Vandaag heeft zone Zuid 11 commissariaten in drie gemeentes. Ze wil evolueren naar één hoofdcommisariaat, drie commissariaten (= één per gemeente) en verschillende lokale antennes (de LISA’s). 

Veel meer plekken in de wijken dus.

De eerste LISA in Brussel werd geopend in Anderlecht op het Dapperheidsplein. Mensen kunnen er makkelijk binnenlopen met een vraag, een melding of een klacht. Of het nu gaat om een veiligheidsincident of een netheidsprobleem. Het is een inlooppunt, laagdrempelig, dichtbij, kort op de bal. 

Wow, een schietstand

Ik was onder de indruk van het grote en goed uitgeruste vormingscentrum, met schietstand. 

Agenten volgen in het centrum diverse trainingen. Daar zijn richtlijnen over. Agenten moeten jaarlijks drie keer een training volgen inzake geweldbeheersing.

Zo houden ze hun vaardigheden op peil en up to date met nieuwe ontwikkelingen.

Alleen, op de training die ik kon bijwonen, waren enkele agenten afwezig. Ze konden niet weg van hun post door het personeelstekort.

Kordaat, sociaal en dichtbij

Aan het eind van de dag ging ik anderhalf uur op stap met wijkinspecteur Kurt. 

Wat ik van hem leerde? Gezag komt niet door je te gedragen als een Robocop. Integendeel.

Een goed contact met buurtbewoners is goud waard. Kordaat optreden en sociaal handelen hoeven elkaar niet in de weg te staan. 

Politiezone Zuid, bedankt voor deze dag.