Brusselse consultatiebureaus in gevaar
Deze week raakte bekend dat alle Brusselse consultatiebureaus van Kind & Gezin hun vergunning eind dit jaar kwijt zijn. Of ze opnieuw erkend zullen worden is nog niet duidelijk. Het voortbestaan van 10 van de 19 consultatiebureaus is twijfelachtig.
Schaalvergroting
Vlaanderen wil met een schaalvergroting de preventieve gezinsondersteuning efficiënter maken en verder professionaliseren. Maar in Brussel is het net wat complexer. Vlaanderen houdt geen rekening met Brusselse realiteit. De 19 bureaus van vandaag zijn amper genoeg voor een laagdrempelig aanbod. Tegelijk halen die Brusselse bureaus niet voldoende ‘consult-uren’. Toch wil dat niet zeggen dat alle nood aan ondersteuning wordt opgevangen. Het geeft aan dat er nog werk is aan goede doorverwijzing.
Brussel heeft een basisaanbod in het Nederlands wel degelijk nodig. Hier zijn véél gezinnen met vragen over de opvoeding van hun kind, die uitleg willen over de fysieke en mentale ontwikkeling van hun kind, over vaccinaties,… Vandaag gaat minstens 20% van de Brusselse gezinnen naar de Nederlandstalige kinderopvang en onderwijs. Hoe vroeger zij in aanraking komen met het Nederlandstalig netwerk, hoe beter.
Bovendien is er de Brusselnorm. De Vlaamse regering engageert zich een aanbod te voorzien voor 30% van de Brusselaars. Die norm wil ze toch halen? Dan moet ze er ook naar handelen.
En nu?
Het zijn valabele argumenten. Ik vertrouw erop dat Vlaams minister Beke ze in overweging neemt en de regels zal herbekijken, op maat van Brussel. Er zijn net extra investeringen in de consultatiebureaus in de wijken nodig. Ook de doorverwijzing naar die bureaus (door zorgverleners, ziekenhuizen) moet beter.
Hoe moet het verder? Ik stelde vandaag een vraag in de plenaire vergadering van de RVG (Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie). De collegevoorzitter heeft een spoedig overleg gepland met de Vlaamse bevoegde minister. Wordt vervolgd.