Om Brusselse sociale problemen te tackelen is één team nodig, niet 19 eilandjes

Op 14 juni legde een 80-tal personen van ocmw Anderlecht, ongeveer 70 procent van het personeelsbestand, het werk neer tussen 10 en 12 uur. De werknemers protesteren tegen de te hoge werkdruk, het grote personeelsverloop en een onevenwichtige verdeling van de werklast. Hebben ze gelijk? En vooral: wat doe je eraan?

De omstandigheden en de nood aan dienstverlening verschillen sterk van de ene Brusselse gemeente tot de andere. Dat is de realiteit. Een reden te meer om dit vraagstuk op grotere schaal aan te pakken, met lokale accenten. 

Enkele vaststellingen

Ja, de werkdruk ligt erg hoog. Een sociaal werker in Anderlecht volgt meer dan 200 dossiers op. In vergelijking met Vlaanderen en Wallonië is het loon dat daar tegenover staat laag tot zeer laag. Ook de vergelijking met andere Brusselse OCMW’s valt slecht uit voor Anderlecht. De stad Brussel geeft kledingpremies en maaltijdcheques aan het OCMW-personeel. Anderlecht heeft daar geen middelen voor.

De lokale context speelt ook een rol. Anderlecht heeft opvangcentra van SamuSocial op haar grondgebied, hetgeen meer werk met zich meebrengt. Ukkel, de Woluwes, Watermaal-Bosvoorde hebben geen dergelijke voorzieningen. Bovendien is hun bevolking is (gemiddeld) rijker dan die van Anderlecht.

Anderlecht is een gemeente van aankomst en een sociale roltrap. Veel mensen beginnen hier een waardig leven uit te bouwen. Ze starten onderaan de woonladder en verhuizen zodra ze er het geld voor hebben. Dat verklaart de dichtbevolkte wijken en de huisjesmelkers. Denk maar aan de recente woonbranden in Anderlecht. Molenbeek is trouwens net zo’n ‘arrival city’. Ook daar ligt de werkdruk bij het OCMW hoog.

Resultaat? Wie OCMW-ervaring opdoet in deze gemeenten verkast snel naar elders, waar er betere voorwaarden zijn. Of migreert intern, naar een beter betaalde job bij de gemeente zelf. Vooral voor Nederlandstalige werknemers is het een optie. Met Nederlands als moedertaal en dankzij het Frans op de werkvloer halen ze snel een taalattest. Resultaat: meer verloop, hogere werkdruk en nog meer uitval bij het OCMW.

Eén overkoepelend OCMW met één personeelsbeleid voor heel Brussel

Een personeelsbeleid voor alle Brusselse OCMW’s zou beter zijn. Eén overkoepelend OCMW voor alle Brusselse OCMW’s zou nog beter zijn.

Met lokale loketten ingebed in de wijk. Waar verschillende accenten kunnen worden gelegd op maat van de wijk. Waar het personeel wordt ingezet op de momenten en plaatsen waar het het meeste nodig is. Waar de werkbelasting billijk wordt verdeeld over de werknemers. Waar dezelfde arbeidsvoorwaarden gelden voor alle werknemers, ongeacht of ze in een rijke of een arme wijk/gemeente aan de slag zijn. En vooral: waar de dienstverlening voor alle Brusselaars op hetzelfde niveau staat.

Een gelijkschakeling van arbeidsvoorwaarden is trouwens niet alleen relevant voor sociaal werkers en ambtenaars bij het OCMW. Ook voor zorgpersoneel of verplegend personeel in OCMW-rusthuizen zou gelijkschakeling een goede zaak zijn. Want ook daar zijn er vandaag grote verschillen tussen de Brusselse gemeenten.

Een bijkomende trap van gelijkschakeling is de arbeidsvoorwaarden in de verschillende gewesten eenvormig maken. De aard van het werk van een zorgkundige in een OCMW-rusthuis van Anderlecht is toch hetzelfde als in Waremme of Kortenberg? Waarom zouden de lonen en werkomstandigheden dan niet gelijk zijn? Dat is stof voor een nieuwe staatshervorming.

Wisselende context, doordacht bijsturen

Voor one.brussels is het duidelijk. De grote ongelijkheden tussen de Brusselse OCMW’s zijn nefast voor de werknemers, maar vooral voor de Brusselaar zelf. De aandacht en dienstverlening voor een cliënt zou niet mogen afhangen van de gemeente waar hij toevallig woont. Hetzelfde geldt voor de personeelsvoorwaarden.

De omstandigheden en de nood aan dienstverlening verschillen sterk van de ene Brusselse gemeente tot de andere. Dat is de realiteit. Het is een reden te meer om dit vraagstuk op grotere schaal aan te pakken, met solidariteit tussen arm en rijk, door mensen in te zetten waar het nodig is en een gezamenlijk antwoord te bieden op bestaande noden.

We zijn toch één stad?

Beeld: Cécile Daron geeft toelichting bij haar onderzoek De werkwijzen en het beleid van de Brusselse OCMW’s op het vlak van gezondheidszorg : naar een harmonisering? tijdens een netwerkavond van one.brussels op 10/02/2020